Tips voor bijen, vlinders en insecten

Bij bestuift bloem. Tips voor een bijenvriendelijke tuin.
Bijen, vlinders en andere insecten zijn belangrijk voor de natuur en ons voedsel. Zo bestuiven bijen en vlinders bloemen en helpen lieveheersbeestjes bij het bestrijden van bladluis. Het gaat alleen niet goed met de insecten. Met deze tips voor een insectvriendelijke tuin help jij bijen, vlinders en andere insecten in je tuin.

Het gaat zorgwekkend slecht met de natuur. Steeds meer soorten sterven uit of worden met uitsterven bedreigd, aantallen nemen af en populaties worden kleiner. Ook met de insectenpopulatie gaat het niet goed in Nederland. Bijen hebben het moeilijk: er sterven veel bijen en een groot aantal soorten is in het voortbestaan bedreigd. Bijensterfte komt door te weinig aanbod van bloemen, gebruik van bestrijdingsmiddelen (met in het bijzonder neonicotinoïden), en ziektes en parasieten. Ook met de vlinders gaat het  niet goed: het aantal vlinders is in dertig jaar tijd met meer dan 50% afgenomen. Ook bij vlinders wordt de achteruitgang in verband gebracht met te weinig aanbod van bloemen.

De achteruitgang is zorgelijk, want veel planten hebben insecten nodig voor bestuiving. Wilde bijen en honingbijen zijn onmisbaar voor de fruitteelt en het verbouwen van andere gewassen. Daarnaast spelen insecten een belangrijke rol in de voedselketen: zo staan insecten onder andere op het menu van vogels. Ook helpen bepaalde insecten bij het voorkomen van plagen. Ontdek wat je kunt doen om bijen te helpen aan voldoende voedsel, water, beschutting en nestplekken.

Een bestrijdingsmiddel bevat werkende (chemische) stoffen die giftig zijn voor het ongedierte, schimmel of onkruid. Vaak is het middel ook gevaarlijk voor andere (huis)dieren, planten en mensen.

Lees waarom je liever geen bestrijdingsmiddelen gebruikt thuis en vind tips voor veilig gebruik.

Door gebruik van bestrijdingsmiddelen in de landbouw neemt de biodiversiteit af. Lees meer over landbouw en biodiversiteit en over biologische landbouw.

Tips voor een insectvriendelijke tuin

  1. 01

    Zet bloemen in je tuin of op je balkon waar bijen, vlinders en andere insecten op afkomen. Kies het liefst voor inheemse bloemen en voor bloemen waar insecten makkelijk bij de nectar kunnen.

  2. 02

    Kies bloemen die in verschillende maanden bloeien: bijen hebben van het voorjaar tot in de herfst bloeiende planten nodig. Check de bloemetjes- en bijtjeskalender.

  3. 03

    Koop biologische zaden en planten: die zijn niet met voor bijen schadelijke middelen behandeld. Keurmerken zoals  EU-biologisch, EKO en Demeter garanderen dat planten, bollen en zaden gifvrij zijn.

  4. 04

    Maai (een deel van) je gazon minder vaak: een grasmat met hoger gras en bloeiende bloemen zorgt voor voedsel en beschutting voor insecten, zoals bijen en vlinders.

  5. 05

    Zorg dat insecten in je tuin kunnen nestelen door rommelhoekjes te maken in de tuin. Bijen help je ook met wat kale grond of een bakje leem.

  6. 06

    Creëer een waterplekje voor insecten in je tuin, bijvoorbeeld door een natuurlijke tuinvijver aan te leggen of (zelf) een insectendrinkplaats te maken.

  7. 07

    Tuinier het liefst gifvrij en vermijd bestrijdingsmiddelen waar voor bijen en andere insecten schadelijke stoffen inzitten.

Veelvoorkomende vlinders, bijen en hommels in de tuin

Kies de juiste bloemen

Om insecten zoals bijen te helpen, is het belangrijk om te zorgen voor voldoende groen in je tuin. Vervang tegels in je tuin door planten, zo sla je twee vliegen in één klap: het levert zowel voedsel als nestgelegenheid op. Met de juiste bloemen en planten maak je je tuin aantrekkelijk voor bijen, vlinders en andere insecten. Zorg dat er verschillende planten en bloemen met verschillende hoogtes en structuren (open of dicht) bij elkaar staan.

Inheemse bloemen

Kies voor inheemse bloemen: dit zijn soorten die oorspronkelijk in Nederland voorkomen. Deze bloemen ondersteunen andere planten en dieren die hier ook thuishoren. Ze groeien goed in de tuin, omdat ze zijn aangepast aan het lokale klimaat. Inheemse planten worden vaak gezien als onkruid, terwijl ze heel belangrijk zijn voor insecten zoals vlinders en bijen. Om insecten een handje te helpen kun je er ook voor kiezen om deze ‘ongewenste planten’ niet te verwijderen uit je tuin.

Let op de bloeiwijze

Sommige bloemen bloeien lastig voor insecten zoals bijen en vlinders. Het gaat erom dat de voeding goed bereikbaar is. Bijen en vlinders houden van bloemen die open bloeien met enkelvoudige vulling en raken gefrustreerd door drukke dubbelgevulde bloemen. Let dus op dat je bloeiende bloemen krijgt waar insecten makkelijk bij het stuifmeel en de nectar kunnen.

Koop biologische zaden en planten

Veel zaden, bollen of planten zijn behandeld met voor bijen en andere insecten schadelijke bestrijdingsmiddelen, waaronder mogelijk neonicotinoïden. Daardoor komt het gif vanzelf in de plant en bloemen terecht. Koop het liefst biologische zaden, planten en bloembollen. Dan weet je zeker dat er geen gif is gebruikt en lopen nuttige insecten geen gevaar. Keurmerken zoals EU-biologischEKO en Demeter garanderen dat planten, bollen en zaden gifvrij zijn. Controleer altijd goed het logo, want sommige logo’s kunnen misleidend zijn. Een logo met bijvoorbeeld een bijtje betekent niet per se dat een plant bijvriendelijk is.

Voorbeelden van bijvriendelijke bloemen

Zorg voor een ‘bijenboog’

Vooral wilde bijen hebben genoeg bloeiende planten nodig in de omgeving van hun nest, omdat ze niet ver vliegen. Ze hebben van het vroege voorjaar tot de late herfst voldoende bloemen nodig. Plant of zaai dus bloemen die in verschillende maanden bloeien, zo creëer je een ‘bijenboog’. Op de bloemetjes- en bijtjeskalender vind je per maand voorbeelden van bloemen waar bijen dol op zijn.

Vergroot afbeelding

Planten en bloemen voor vlinders

Ook vlinders help je met een bloeiende tuin waarin voldoende bloemen te vinden zijn met nectar. De rupsen van bepaalde vlindersoorten hebben zelfs specifieke planten nodig om te overleven. Deze planten worden waardplanten genoemd. Vlinders leggen hun eitjes op deze planten, zodat de rups hier later van kan eten. Je kunt vlinders helpen door waardplanten in je tuin te laten groeien. Zo zijn koolsoorten en bijvoorbeeld koolzaad goed voor het groot en klein koolwitje. Grote brandnetel is een waardplant voor maar liefst vijf vlindersoorten, waaronder atalanta en dagpauwoog. Waardplanten waar vlinders ook nectar uit halen zijn pinksterbloem, klimop en koninginnekruid. Op de site van de Vlinderstichting lees je meer over waardplanten.

Tuinier gifvrij

Gebruik geen spuitbussen, korrels, kakkerlak- en mierenlokdozen, houtverf, vlooienbanden of vliegenvangers waar voor bijen en andere insecten schadelijke stoffen inzitten. Hierdoor sterven veel insecten en is er voor andere dieren (zoals vogels) ook minder voedsel beschikbaar. Daarnaast stapelt het gif zich op in de voedselketen. Op Ctgb.nl vind je uitleg over producten waar neonicotinoïden in kunnen zitten. Op plagen in de tuin bestrijden en schimmels en vraatinsecten vind je tips om milieuvriendelijk plagen tegen te gaan.

Maai minder vaak

Door (een deel van) je gazon minder vaak te maaien krijgen planten en bloemen in het gras de kans om te groeien. Een grasmat met hoger gras en bloeiende bloemen zorgt voor voedsel en beschutting voor insecten, zoals bijen en vlinders. Houdt jouw gemeente bermen en parken keurig kort? Vraag of ze voortaan bloemen laten staan. Bijvoorbeeld door pas na de bloeitijd te maaien of niet alle bloemenperken tegelijk te maaien. Bijen hebben dan meer voedsel. In sommige gemeenten kun je zakjes met zaden van wilde bloemen krijgen om in je eigen tuin te zaaien. Vraag je gemeente naar de mogelijkheden. Lees ook meer over gras en leven in je gazon.

grasveld in woonwijk met bloemen

Plekken om te schuilen en te nestelen

Om de bijen, vlinders en insecten in je tuin te verwelkomen, is het belangrijk om ook te zorgen voor voldoende schuilplekken en nestgelegenheid. Vlinders, bijen en andere insecten zoeken in de zomer een plek om hun eitjes te leggen. Ze doen dat graag in kieren tussen tegels, op blokken hout en in omgekeerde bloempotten. Als overwinteringsplekken zijn spleten in muren, zaadstengels, klimplanten of takjes en blaadjes geschikt.

Plekken voor insecten

Insecten verschuilen zich graag onder bladeren, takken, hoopjes stenen en in (oude) zaadstengels. Een strak onderhouden tuin met gemaaid gras en keurige borders biedt dan ook weinig plekjes voor insecten om te leven. Je kunt insecten een handje helpen door stapeltjes en hoopjes in je tuin te maken van natuurlijke materialen of van oude tegels en dakpannen. Of kies voor een insectenhotel. Insecten kunnen hier vervolgens in schuilen en nestelen. Voor vlinders zijn er ook vlinderskasten te koop als beschutte schuilplek.

Ook in een composthoop voelen veel insecten zich thuis. Deze kun je ook zelf maken in een hoekje van je tuin. Je zult zien dat de composthoop al snel bevolkt wordt door pissebedden en andere nuttige insecten die je afval verwerken. Laat in het najaar de bladeren liggen en laat zaadstengels staan in je tuin. Zo kunnen insecten veilig overwinteren.

Niet alleen in je tuin vinden insecten hun nest- en verblijfplaats. Insecten maken ook graag gebruik van kleine gaatjes, spleten en kieren in de gevel en het dak van een huis. Ze houden vooral van materialen met veel reliëf zoals hobbeltjes en kleine gaatjes. Ook maken insecten graag gebruik van een dak van stro.

stapelmuurtje van stenen in de tuin

Nestelplekken voor bijen

Je kunt bijen helpen door ze een goed plekje te geven om te nestelen. Wat een goede nestelplek is hangt van de bijensoort af. Wilde bijen en hommels maken nesten in de grond of in bestaande holtes. Zo’n 70% van de bijen nestelt in de grond, meestal op zanderige, open plekjes met een zonnige ligging. Bijen die nestelen in holtes maken graag gebruik van rommelhoekjes met vermolmde stronken en holle takjes.

Zandbijen help je door bij de bestrating van een paadje wat ruimte (een halve centimeter) te laten tussen de tegels of klinkers. Zet een schoteltje leem neer voor metselbijen. Je kunt ook een bijensteen ophangen, neerzetten of inmetselen. Zo help je een kwetsbare soort, zoals de rosse metselbij. Enkele bijensoorten kun je helpen met een nestkast, beter bekend als een bijenhotel. Er zijn maar een paar soorten die hiervan gebruik maken en dit zijn geen bedreigde soorten.

Tips voor een geschikt bijenhotel

Een bijenhotel koop je kant-en-klaar bij het tuincentrum of kun je zelf maken van simpele materialen als rietstengels, bamboestokjes en houtblokken waarin je gaten boort. Je kunt het hotel zo klein en groot maken als jij wilt. Let bij zowel een zelfgemaakt als een gekocht bijenhotel op of zo’n hotel goed in elkaar zit. Kijk bijvoorbeeld naar de houtsoort, de typen gangen (gaatjes) en of het hotel waterdicht is. Als het bijenhotel niet geschikt is, zullen insecten er weinig gebruik van maken. Daarnaast kunnen de vleugels van bijen bijvoorbeeld ook beschadigen als de gangetjes niet glad zijn afgewerkt.

Water in de tuin

Je helpt insecten ook met een waterplekje in je tuin. Je kan bijvoorbeeld een natuurlijke tuinvijver aanleggen of een insectendrinkplaats neerzetten. Zo’n drinkplaats kan je zelf makkelijk maken: vul een diepe schaal met water en leg hier stenen in. Zorg dat de stenen boven het water uitsteken, zodat insecten hier veilig op kunnen landen.

jongen met schepnet bij vijver in tuin

Oorzaken bijensterfte

Bijen hebben het moeilijk in Nederland. Van de 359 bijensoorten die ooit in Nederland voorkwamen, staat meer dan de helft op de lijst van bedreigde soorten (Rode Lijst) en er zijn al 46 verdwenen. Er zijn verschillende oorzaken voor de bijensterfte.

Eén oorzaak is het gebrek aan voedsel: door de intensieve landbouw en verstedelijking zijn er minder (verschillende) bloemen. Vooral wilde bijen hebben daar last van: ze zijn afhankelijk van bloemen in hun directe omgeving. Honingbijen en hommels kunnen langere afstanden vliegen en hebben dus meer mogelijkheden om voedsel te vinden. Honingbijen hebben meer last van parasieten zoals de varroamijt, waardoor zelfs complete bijenvolken sterven. Tot slot is ook het gebruik van bestrijdingsmiddelen, met in het bijzonder neonicotinoïden, waarschijnlijk een belangrijke oorzaak.

Neonicotinoïden: schadelijke pesticiden voor bijen

Neonicotinoïden zijn bestrijdingsmiddelen (pesticiden) tegen insecten die planten eten of leegzuigen. Als zaden ermee zijn behandeld, verspreidt het gif zich door de hele plant nadat het zaad ontkiemd is. Via de nectar en het stuifmeel van de bloemen komt het bij de bijen terecht. Heel kleine hoeveelheden van de stof zijn al giftig. Het gif breekt moeilijk af en blijft lang in de grond of het water aanwezig. Het is onduidelijk hoeveel bloeiseizoenen het gif in de planten blijft nadat ze zijn behandeld.

Boeren in de land- en tuinbouw maken veel gebruik van deze bestrijdingsmiddelen, al neemt het gebruik af. Biologisch eten helpt: zo stimuleer je een landbouw zonder neonicotinoïden. Ook in mierenlokdozen en vliegenvangers die gewoon in de winkel te koop zijn komen neonicotinoïden voor. Lees meer over bestrijdingsmiddelen en het milieu.

Bij, wesp of hommel?

Bijen, hommels en wespen lijken op het eerste oog op elkaar. Toch zijn het echt andere insecten. Bijen eten nectar en stuifmeel van bloemen. Hommels doen dit ook, zij zijn vaak hariger dan bijen. Ze laten mensen meestal met rust, tenzij ze zich erg bedreigd voelen. Wespen komen op alle zoetigheid af en zijn agressiever. Meestal zijn het wespen die ’s zomers overlast geven en heb je van bijen en zeker hommels geen last. Lees milieuvriendelijke tips tegen overlast door wespen.

Meer informatie