Wij Nederlanders gooien jaarlijks 490 kilo afval weg per persoon. Bijna 60 procent daarvan leveren we gescheiden in. Papier en glas staan al jaren aan kop en ook plastic verpakkingen kun je bijna overal gescheiden inleveren. Vaak samen met metalen verpakkingen en drinkpakken in een aparte zak of bak.

Wat kan beter?

Om plastic afval te recyclen tot nieuwe grondstoffen moet de kwaliteit van het ingeleverde plastic omhoog. Daar kun je thuis ook aan bijdragen door je plastic verpakkingen goed gescheiden in te leveren. Onnodig plastic voorkomen is nog beter dan het gescheiden weg te gooien. Neem bijvoorbeeld eigen tassen en zakjes mee voor fruit, groenten en andere boodschappen. Bekijk de 7 do’s en don’ts voor je kunststof.

1. Scheiden doe je zorgvuldig

Wees zorgvuldig bij het scheiden van je afval. Check welk afval in welke bak hoort, via de Afvalscheidingswijzer en via je gemeente. Zo horen deospuitbussen, zwarte plastic schaaltjes en vleesschaaltjes van piepschuim bij het restafval en niet bij het plastic afval. Kleine plastic spullen die geen verpakking zijn, zoals een tandenborstel, horen bij het restafval. Grote plastic spullen zoals kapotte tuinstoelen, speelgoed en ook grote stukken piepschuim, kun je naar de milieustraat brengen zodat het gerecycled wordt.

2. Plastic is geen groente

Gooi geen plastic in de gft-bak: dit moet er allemaal weer uitgehaald worden en kan in het ergste geval in de compost terechtkomen, en via de compost weer in de natuur en het water. Ook composteerbaar plastic met het Kiemplantlogo of OK compostlogo mag niet in de biobak. Alleen speciale gft-inzamelzakken met het Kiemplantlogo of OK compostlogo zijn toegestaan, omdat ze ervoor zorgen dat mensen hun gft-bak gebruiken.

3. Leeg, maar niet afgewassen

Schud en schraap je plastic verpakkingen leeg voordat je ze gescheiden weggooit. De verpakking hoeft niet schoon te zijn. Zelf afwassen kost meer energie dan het in de recyclingfabriek kost. Haal aluminium dekseltjes van bijvoorbeeld yoghurtbekertjes los voordat je ze weggooit. In de meeste gemeenten mogen aluminium dekseltjes mee in de zak of bak voor plastic- en metalen verpakkingen en pakken (pmd).

4. Laat zien wat erin zit

Kijk op de site van je gemeente of een doorzichtige vuilniszak nodig is voor je plastic, blikken en drinkpakken. Sommige afvalverwerkers kunnen dan beter zien of er geen afval bij zit dat er niet in thuishoort.

5. De straat is geen vuilnisbak

Gooi je afval nooit op straat. Zwerfafval is slecht voor mens, dier en milieu.

6. Kijk uit voor microplastics

Zonder dat je het misschien weet draag je bij aan plasticvervuiling en de plasticsoep. Hele kleine plastic deeltjes (microplastics) komen dan in de natuur terecht. Die deeltjes komen bijvoorbeeld van je autobanden af bij het rijden of van je synthetische kleding bij het wassen en dragen. Via de sloot of het riool eindigen ze in de natuur. Je kan verschil maken door je autobanden op te pompen en op te letten bij het wassen van je kleren. Lees meer over plastic in zee en microplastics.

7. Nog beter: afval voorkomen

Ga slimmer om met je spullen. Minder kopen, spullen delen, tweedehands shoppen, repareren en geen wegwerpproducten kopen: het zijn allemaal manieren om minder afval te produceren. En dat is uiteindelijk nóg beter om waardevolle grondstoffen te sparen dan afval recyclen. Meer tips vind je bij repareren of vervangen en delen is het nieuwe hebben.

Meer informatie

• Lees feiten en fabels over afval scheiden.
• Twijfel je welk afval waar hoort? Check de Afvalscheidingswijzer.