Stappenplan: infiltratiekratten installeren

Wateroverlast voorkomen

Infiltratiekratten helpen je wateroverlast in de tuin te voorkomen. Er is nog meer wat je daartegen kunt doen. Lees meer tips!
Als je tuin het regenwater niet kan verwerken bij een hevige bui of wanneer je je regenpijp hebt afgekoppeld, kun je kiezen voor infiltratiekratten. Deze zorgen voor ondergrondse opvang van regenwater. Milieu Centraal vertelt je hoe je deze kunt installeren.

Infiltratiekratten vergroten de hoeveelheid regenwater die je tuin kan opvangen. De kratten zitten onder de grond, vangen het regenwater op en geven het water in de loop van de volgende dagen langzaam af aan de omliggende grond. Een infiltratiekrat kun je ook onder je terras plaatsen. Een andere optie is een grindkoffer: hierbij stort je grind in een met beklede kuil.

Ook wel bekend als ‘infiltratiedoek’. Dit soort textiel is waterdoorlaatbaar en is meestal van kunststof gemaakt, bijvoorbeeld polypropeen en polyester. Het is goed geschikt om te werken als filter of bij drainage. Je kunt er infiltratiekratten mee inwikkelen, of grind in een grindbed/wadi.  Zo voorkom je dat je infiltratiesysteem dichtslibt. Idealiter combineer je dit met een bladvanger en zandvanger/zandvangput. 

Kosten en subsidie

Om een infiltratiekrat te installeren, heb je verschillende zaken nodig. Een infiltratiekrat van ongeveer 200 liter, inclusief geotextiel-bedekking, en andere toebehoren is te verkrijgen vanaf € 400. Heb je meer opvangcapaciteit nodig? Dan kun je extra kratten bijkopen. Voor de aansluiting van een krat en regenpijp heb je pvc-pijpen en lijm nodig. Dit komt, afhankelijk van de lengte en het aantal bochten, uit op enkele tientjes.

Een grindkoffer is een goedkopere optie: een grindkoffer van 200 liter, inclusief geotextiel, kost ongeveer € 60-80. Je zult de regenpijp van het riool moeten afkoppelen en daarvoor eventueel een en aanschaffen. Dit kost je tussen de € 15 en € 50. Lees het stappenplan voor het afkoppelen van de regenpijp.

Ook wel bekend als ‘zandvangput’. Een zandvanger filtert zand- en aardedeeltjes uit het regenwater, voordat het in het infiltratiekrat komt. Zo slibt het krat minder snel dicht. 

Ook wel bekend als ‘bladvanger’. Een bladscheider is een halfopen onderdeel dat in de regenpijp wordt geplaatst. Dit werkt als een zeef. Bladeren worden door de bladscheider opgevangen, het regenwater gaat erlangs. De bladeren kunnen makkelijk uit de bladscheider worden gehaald en verstoppen zo niet de regenpijp of de rest van het infiltratiesysteem. 

Met een regentonvulautomaat voorkom je dat je regenton overstroomt. Je monteert hem als onderdeel van je regenpijp. De vulautomaat leidt regenwater de ton in en klapt vanzelf om als de regenton vol is, daarna voert hij het regenwater af via de regenpijp. Er zijn ook vulautomaten beschikbaar met geïntegreerde bladvanger. Vulautomaten kun je ook handmatig ‘omzetten’, als je liever wilt dat alle regenwater (tijdelijk) direct via de regenpijp wordt afgevoerd, bijvoorbeeld wanneer je je regenton winterklaar maakt. 

Subsidie in jouw gemeente?

Bij sommige gemeenten kun je subsidie aanvragen voor het opvangen van regenwater. Op de Groenesubsidiewijzer of dit ook in jouw gemeente het geval is.

Subsidiecheck

Voor je begint: check de grond

Voor je aan de installatie begint, is het belangrijk om te controleren of jouw tuin genoeg water op kan nemen. Voer een uit, om te kijken of je tuin water goed op kan nemen en af kan voeren. Het type grond in je tuin is van groot belang. Een tuin met zandgrond is vaak geschikt voor het opnemen van veel water. Kleigrond is dat vaak niet.

Een emmertest voer je makkelijk uit door een gat te graven van 30 x 30 x 30 centimeter. De bodem bedek je met een laagje zand. Daarna vul je het gat twee keer geheel met water en laat je dat weglopen. Voor de echte test vul je het gat daarna nog één keer met een emmer water (ongeveer 10 liter). Als het water binnen een halfuur verdwenen is, dan is de grond voldoende doorlatend. Duurt het langer dan vier uur? Schakel dan professionals in om je te adviseren over het afkoppelen.

Voer een emmertest uit om te checken of jouw tuin water goed kan opnemen.

Voor je begint: denk na over een overloop

De kratten kunnen een bepaalde hoeveelheid water aan. Een vuistregel is: 20 liter kratvolume per m² afgekoppeld dakoppervlak. Wanneer er meer water valt dan je kratten kunnen bergen, kun je met een overloop zorgen dat dit water naar een lager gelegen deel van de tuin stroomt. Je kunt hiervoor de overloop van de zandvanger gebruiken of voor een afvoer naar de tuin zorgen vanuit de overloopaansluiting aan het krat. Ook kun je voor het uiteinde van de regenpijp kiezen voor een afkoppelstuk met een klep die je handmatig kunt openen of sluiten. Je kunt dan aan de hand van de weersomstandigheden besluiten of het water naar de infiltratiekratten stroomt of naar het riool. 

Voor je begint: houd rekening met een eventuele schoonmaak

Infiltratiekratten kunnen na verloop van tijd dichtslibben. Als de kratten aan de onderkant en zijkanten zijn dichtgeslibd, is de enige oplossing om het geotextiel te vervangen of te wassen. Een zandvanger is daarom belangrijk: die kan dit probleem grotendeels voorkomen door het zand uit het water te filteren voor het in de kratten komt. Houd rekening met een mogelijke schoonmaak van de kratten bij de aanleg van je tuin of terras.

Voorbereiding: wat heb je nodig?

  • Infiltratiekrat(ten) (200-300 liter per krat). Hoeveel kratten je nodig hebt, hangt af van het aantal m² dak dat wordt afgekoppeld. Een vuistregel is: 20 liter kratvolume per m² afgekoppeld oppervlak.

  • Geotextiel. Dit laat water door, maar beschermt de kratten tegen zand en aarde. Let op: gebruik nooit antiworteldoek. Dit laat niet genoeg water door.

  • Zandvanger. Dit zorgt ervoor dat er minder zand en aarde in de kratten belandt, waardoor ze minder snel dichtslibben. Koop er bij voorkeur één met geïntegreerde bladvanger. Anders zul je deze los moeten kopen.

  • PVC-buizen en bochten. De lengte en hoeveelheid is afhankelijk van je situatie.

  • Grind, zand of steenslag om het gat waar de kratten in komen op te vullen.

  • PVC-lijm voor de PVC-buizen en tape om het geotextiel aan de kratten te bevestigen.

Aan de slag: het stappenplan

Volg de stappen hieronder:

1. Bepaal de locatie

Bepaal de plek waar de kratten geplaatst gaan worden. Dit moet minimaal 2 meter bij de fundering van je huis vandaan: anders loop je risico op vochtschade in huis. Kies een plek die ook op minimaal 2 meter afstand van bomen is. Doe je dat niet, dan kunnen de kratten schade oplopen door boomwortels.

2. Graaf het gat

Als je de plek hebt bepaald, is het tijd om het gat te graven. Wanneer je de kratten onder je terras plaatst, moet je eerst de bestrating nog weghalen. Het gat moet diep genoeg zijn voor de hoogte van het krat (meestal zo’n 40 centimeter) en minimaal 25 centimeter bedekking (50 centimeter als de kratten onder een parkeerplaats komen). Houd rekening met ruimte voor de PVC-pijpen en de zandvanger.

3. Bereid de kratten voor en leg ze in het gat

Leg een laagje brekerzand op de bodem van het gegraven gat, voor je de kratten in het gat legt. Hierdoor ligt het krat mooi vlak en zal die minder snel verzakken. Wikkel daarna de kratten in geotextiel, plak de naden dicht met tape en leg ze in het gat.

4. Koppel de regenpijp af

Koppel de regenpijp af van het riool. Milieu Centraal heeft ook een stappenplan voor het afkoppelen van de regenpijp.

Heb je een losse bladvanger of een afkoppelstuk met een klep? Installeer deze in de afgekoppelde regenpijp.

5. Plaats de zandvanger

Plaats de zandvanger tussen de regenpijp en de infiltratiekratten. Sluit de zandvanger met een pvc-buis aan op de regenpijp en aan de andere kant op het dichtstbijzijnde krat.

6. Plaats de overloop

Het is belangrijk om rekening te houden met hoosbuien en overloop van je infiltratiekratten. Je kunt ervoor kiezen om de bladvanger in de regenpijp de laten fungeren als overloop. Je kunt ook een overloop creëren bij het krat die het verst van de regenpijp vandaan is Dit kan bijvoorbeeld een drainageslang zijn, die je aansluit op de stop/uitgang van het krat. Of een gootje op de plek waar de uitgang van het krat zich bevindt. Deze moeten het water naar een lager gelegen deel van de tuin laten lopen.

7. Vul het gat en dek het af

Schep zand, grind of steenslag rondom de kratten om het gat te dichten. Dek het systeem daarna af met minimaal 25 centimeter aarde of zand. Daarna kun je het terras weer installeren, plantjes planten (geen bomen, die wortelen te diep) en de tuin weer verder inrichten zoals je wilt.